Hoefkatrolontsteking of HKO is een verzamelnaam voor aandoeningen in het hoefkatrolgebied van de hoef van het paard. Maar er zit verschil tussen ‘klinische hoefkatrolontsteking‘ en hoefkatrolontsteking die met een röntgenfoto is vastgesteld. Het kan namelijk goed zijn dat er dan geen sprake is van HKO, maar van ‘palmair hoefpijnsyndroom’ ofwel PHPS. Remco Sikkel is een ervaren hoefverzorger en auteur van meerdere boeken over hoefbevangenheid en nu ook een boek over hoefkatrolontsteking. Hij is twee keer eerder te gast geweest in de Paardenpodcast, in aflevering 19 en aflevering 32. In aflevering 74 bespreekt hij zijn visie op zowel HKO als PHPS. Hoe kun je hoefkatrolontsteking voorkomen? Hoe kun je het behandelen? En wat kun jij als eigenaar betekenen voor je paard? In deze blog lees je de samenvatting van de aflevering.
Luister je liever? Klik hier om naar de podcastaflevering te gaan.
Hoefkatrolontsteking, of misschien (nog) niet?
Help! Je paard heeft hoefkatrolontsteking! Ondanks wat nog vaak wordt gedacht, hoeft dit gelukkig niet het einde te betekenen voor je paard. Allereerst is het belangrijk om te weten dat alleen een dierenarts echte hoefkatrolontsteking kan vaststellen, namelijk door middel van een röntgenfoto van het hoefkatrolgebied. Wanneer er uit deze foto blijkt dat er iets mis is met de botopbouw of botafbraak van het straalbeen van jouw paard, dan heeft deze dus de klassieke hoefkatrolontsteking.
Is dit (nog) niet het geval? Dan is er wellicht sprake van palmair hoefpijnsyndroom, ook wel PHPS. Hoewel dit evengoed ook erg pijnlijk is voor het paard, is het wel wezenlijk iets anders dan HKO. HKO is onomkeerbaar en dus niet te genezen (wel te managen). PHPS is wél te genezen. Dat is dus goed nieuws! Wel heeft je paard dan een lange weg te gaan, en zijn er waarschijnlijk aanpassingen nodig in zowel de training, de leefomstandigheden, de voeding én de hoefbekapping van je paard. Kortom: werk aan de winkel voor jou als eigenaar!
Wat is palmair hoefpijnsyndroom (PHPS)?
Voorheen werd artrose in het hoefkatrolgebied gezien als hét teken van HKO, omdat dit het eerste signaal is dat via röntgenfoto’s te zien is. Toch blijkt na meer onderzoek dat dit niet per se het geval hoeft te zijn en dat vrijwel alle weefsels achterin de hoef betrokken kunnen zijn bij het ziekteproces. Benieuwd naar al deze onderdelen van de hoef? In de podcast gaat Remco dieper in op de anatomie van de hoef en deze weefsels en hun functie.
De definitie van palmair hoefpijnsyndroom is: “het geheel van klinische verschijnselen aan de achterzijde van de hoef, wat gekenmerkt wordt door chronische pijn in het hoefkatrolgebied en het hielgebied”. Dit kan onder andere komen door:
- ernstige rotstraal
- samengeknepen of ondergeschoven hielen
- een onderontwikkeld straalkussen
- overgroeide steunsels
- verdrukte kraakbeenderen
- dunne zolen
- een combinatie van meerdere van deze problemen
Dit is dus nog géén bewezen klassieke hoefkatrolontsteking. Onomkeerbare schade aan het straalbeen wordt ook niet meer als zelfstandige aandoening gezien, maar als een fase in de ontwikkeling van het palmair hoefpijnsyndroom. Er zijn talloze mogelijke problemen in dit gebied van de hoef die op zichzelf géén HKO zijn. Ze kunnen wél een voorloper zijn naar HKO.
Wat is hoefkatrolontsteking (HKO)?
Bij HKO is er sprake van schade aan het kraakbeen van het straalbeen en van het kraakbeen op de peesschede van de diepe buigpees. Voordat er daadwerkelijk schade aan het kraakbeen wordt toegedaan, is er een proces gaande van schade aan de omliggende weefsels. Zo komen er delen van het kraakbeen in het vocht van het hoefgewricht terecht, wat een ontstekingsreactie veroorzaakt, in dit geval een slijmbeursontsteking. Dit slijmbeurs kan gaan verdikken. Dan volgt schade aan de pees zelf. Dit kan beginnen met peesvezeltjes die loskomen van de pees en kan eindigen in het losscheuren van de gehele pees. De ligamenten van het straalbeen kunnen gaan ontsteken en verkalken, en waar ze aan het straalbeen hechten kunnen ze botuitgroeisels vormen. Deze kunnen afbreken, waardoor ligamenten losscheuren.
Met het straalbeen zelf gaat het nu ook fout, want als het beschermende laagje kraakbeen wat er omheen zat beschadigd of zelfs helemaal verdwenen is, moet nu het bot wat eronder ligt de kracht van de buigpees opvangen, maar dit bot is daar niet op gebouwd. Dit levert verhoogde druk op in het straalbeen, waardoor er bijvoorbeeld cystes kunnen vormen, of in het ergste geval kan het straalbotje zelfs scheuren of breken. Het meest bekend is een verstoring van het proces van ‘botremodellering’, vooral omdat dat het eerste is wat we kunnen zien op een röntgenfoto. Dit is onomkeerbaar, en daarmee het beginpunt van klassieke HKO. Botremodellering is een natuurlijk proces van botvorming en botafbraak. In een gezond lichaam met gezonde structuren vindt dit proces continu plaats. Bij hoefkatrolontsteking raakt dit proces uit balans. Het lichaam probeert de schade aan het bot zo snel mogelijk te herstellen, met versnelde en overmatige botgroei, waardoor de vorm van het straalbeen verandert. Later ontstaan er ook uitsteeksels op het bot, en wanneer deze afbreken ontstaat er botwoekering.
Door de toegenomen druk in het straalbeen gaat de botvervorming nog sneller en hierdoor krijg je gaten en kieren in het bot. De volgende stap is dat het bot wordt vervangen door kraakbeen. Vervolgens wordt de harde buitenlaag van het bot dunner en het laatste weefsel dat aan de beurt is, is het bindweefsel dat om het hoefgewricht en met name het hoefkapsel zit, en daar zien we verdikkingen, verkalkingen en woekeringen. Het is echter niet zo dat al deze problemen simultaan aan de hand hoeven te zijn bij een paard met klassieke HKO.
Hoe kun je hoefkatrolontsteking voorkomen?
Simpel gezegd ontstaat hoefkatrolontsteking door het overbelasten van de voorbenen. De oorzaken van overbelasting kun je volgens Remco grofweg indelen in twee vormen. Namelijk hoe de eigenaar het paard gebruikt en hoe het paard de belasting kan opvangen.
Oorzaak 1: het paard wordt door gebruik overbelast
Op deze eerste vorm gaat Remco niet diep in, maar hierbij kun je denken aan fouten in de rijtechniek, waarbij geen rekening wordt gehouden met de natuurlijke scheefheid van het paard, springen op hoog niveau, te jong inrijden van het paard en rollkür rijden, waarbij er te veel en te lang belasting van de voorbenen plaatsvindt. Ook verkeerde huisvesting van het paard kan invloed hebben. Als een paard bijvoorbeeld het grootste deel van de dag op stal staat, komt dit de hoeven niet ten goede.
Oorzaak 2 : het paard kan de belasting niet goed opvangen
Bij de tweede vorm kom je al gauw uit bij hoefgezondheid. Sterke, gezonde en goed ontwikkelde hoeven kunnen belasting en zelfs enige overbelasting opvangen, mits het tijdelijk is. Een gezonde hoef zal ook altijd op de hiel landen, in plaats van op de teen. De ervaring leert helaas dat veel paarden op de teen landen. Bij een hiellanding staan alle onderdelen van de hoef perfect ten opzichte van de rest van het onderbeen om de krachten op te vangen die vrijkomen bij het neerzetten en afwikkelen van de hoef. Bij het hiellanden is ook de doorbloeding van de hoef optimaal. Het belangrijkste voordeel hierbij is dat de kracht die op de diepe buigpees wordt uitgeoefend, niet te groot wordt bij een hiellanding. De spanning op die pees neemt tijdens de landing toe, omdat de kogel na de landing van de hoef daalt. Het hoefgewricht draait tegelijkertijd naar achteren, waardoor de spanning op de pees juist afneemt. Deze krachten compenseren elkaar dus perfect in een hoef die op de hiel landt.
Bij een teenlanding is daar geen sprake van. De onderdelen van het onderbeen staan bij een teenlanding niet optimaal ten opzichte van elkaar om de krachten op te vangen en de doorbloeding is minder goed. Daarbij draait het hoefgewricht eerst naar voren, waardoor de kracht op de diepe buigpees in eerste instantie niet afneemt maar juist toeneemt. De kogel zal nog steeds omlaag bewegen en de spanning op de diepe buigpees verhogen. Dan zijn er dus twee krachten die de spanning op deze pees verhogen en elkaar niet meer compenseren. Dit zorgt voor te veel wrijving tussen de pees en de combinatie van slijmbeurs en straalbeen. Deze wrijving zelf en de warmte die hierbij vrij komt, brengen schade toe aan het dunne laagje kraakbeen op de achterkant van het straalbeen en aan de peesschede van de diepe buigpees. De schokdemping in de hoef verloopt niet meer zoals het moet, want de voorkant van de hoef krijgt de grootste klap, en dit is nu juist waar geen flexibele weefsels zitten. Het straalbeen wordt daardoor te veel betrokken bij de schokdemping.
Als een paard langdurig op de teen landt, dan zullen de hielen te hoog worden, doordat ze niet gebruikt worden zoals het moet en niet voldoende slijten. Hoge hielen zorgen uiteindelijk voor pijn achterin de hoef, waardoor het paard nog meer gaat teenlanden om het gebied te ontzien. Tevens zorgt teenlanden voor te weinig stimulatie van het hielgebied, waardoor het onderontwikkeld blijft. Een slechte ontwikkeling van het hielgebied laat het paard weer meer teenlanden. De welbekende vicieuze cirkel.
Maar waardoor gaat een paard dan teenlanden? Dat is een beetje een kip-en-ei verhaal, aldus Remco. Een paard met een slecht ontwikkeld hielgebied gaat teenlanden. En een teenlander krijgt een slecht ontwikkeld hielgebied. Dit kan al ontstaan in de veulentijd. In de eerste levensjaren moet het hielgebied regelmatig en doelmatig belast worden (door veel vrije beweging) om op de juiste manier te ontwikkelen. Maar daar loert meteen het tweede gevaar, want te jong inrijden, zorgt voor te veel belasting van het hielgebied, wat zoals gezegd weer problemen met zich mee brengt.
Hoe kun je hoefkatrolontsteking en palmair hoefpijnsyndroom behandelen?
Het probleem van klassieke HKO wordt vaak aangepakt met speciaal beslag van de hoefsmid. De behandelend dierenarts gaat vaak aan de slag met stollingsremmers, corticosteroïden en kraakbeenbeschermers. In vergevorderde gevallen worden er soms zelfs zenuwen doorgesneden zodat er geen pijnsignalen meer doorkomen. In Remco’s boek ‘Hoefkatrolontsteking’ gaat hij op al deze methodes dieper in. Overkoepelend doen al deze behandelingen doen één essentieel ding niet, namelijk het structureel verbeteren van de achterkant van de hoef en het wegnemen van de oorzaken van overbelasting. Door dat te doen, kan voorkomen worden dat de kritische grens van onherstelbare schade aan het straalbeen wordt gepasseerd. En als dit al gebeurd is, kan men proberen de ontwikkeling van PHPS te stoppen of te vertragen. De manieren om hoefkatrolontsteking en/of palmair hoefpijnsyndroom te voorkomen en op te lossen liggen dicht bij elkaar.
Hieronder vind je een aantal factoren die voor verbetering kunnen zorgen.
Leefomstandigheden
Alleen de hoeven optimaliseren is niet genoeg. Er zal ook gekeken moeten worden naar leefomstandigheden en het gebruik van het paard en of ook hier veranderingen in moeten worden doorgevoerd. Er zijn steeds meer wetenschappers, dierenartsen, trainers en bekappers die geloven dat HKO niets anders is dan verkeerde hoefzorg in combinatie met verkeerde beweging en verkeerd gebruik van het paard. Je moet dus zorgen voor minder overbelasting van de voorbenen van het paard. Wat de overbelasting precies veroorzaakt, verschilt natuurlijk per paard, maar suboptimale training draagt hier zeker aan bij.
Hoefgezondheid
Goed bekapte hoeven zijn essentieel voor de gezondheid van je paard. Hoe gezonder de hoef, hoe beter het paard beweegt en hoe minder pijn hij zal voelen. En andersom: hoe minder pijn, hoe beter het paard beweegt, hoe gezonder de hoeven zullen worden. Een goede hoefverzorger zal er alles aan doen om de hoeven te optimaliseren. In de podcastaflevering legt Remco tot in detail uit hoe de bekapping van een paard met HKO of PHPS dient te verlopen. Wil je daar meer van weten? Klik hier om naar de podcast te gaan.
Vraag hulp!
Voor jou als eigenaar zelf ligt er de taak om alle aspecten in het leven van je paard onder de loep te nemen. Aarzel niet om hulp in te schakelen van andere professionals naast je hoefverzorger, zoals een paardenfysiotherapeut of osteopaat, trainer, zadelpasser of voedingsdeskundige. Van een multidisciplinaire, holistische aanpak van al deze specialisten zal jouw paard enorm kunnen verbeteren. Kijk naar de training, leefomgeving en voeding van je paard en zoek uit waar je verbetering kunt aanbrengen.
Hoefschoenen
Een andere tip die Remco geeft, is het aanschaffen van hoefschoenen. Hij is zelf van mening dat ijzers hoefproblemen alleen maar erger maken, maar hoefschoenen kunnen daarentegen enorm helpen om het proces van het verbeteren van de hoeven te versnellen. Door de extra bescherming en schokdemping, durven paarden hun hielgebied beter te gebruiken, en door de stimulatie van het hielgebied herstelt dit gebied zich beter en sneller. Voor paarden met omkeerbare schade, kunnen hoefschoenen een tijdelijke uitkomst zijn. Voor paarden die al onherstelbare schade hebben opgelopen, kunnen hoefschoenen zorgen dat zij pijnvrij kunnen lopen, waardoor ze in ieder geval kunnen blijven bewegen, wat kan voorkomen dat de schade verergert. Wil je toch graag een permanentere optie dan hoefschoenen? Er bestaat ook kunststof plakbeslag of andere beschermende materialen die aan de hoef hechten. Vraag je hoefverzorger naar de verschillende opties.
Benieuwd naar de gehele lezing over HKO en PHPS? Het uitgebreide verhaal van Remco kan je terugluisteren in De Paardenpodcast aflevering 74.
Deze boeken zijn door Remco Sikkel geschreven en verkrijgbaar via zijn website of bol.com:
0 reacties